Is er dekking voor blijvende invaliditeit na een ongeval?

17 december 2021 om 17:00

Klant wilde in 1999 een ongevallenverzekering met dekking voor blijvende invaliditeit na een ongeval afsluiten. Op de polis staat echter alleen dekking voor overlijden na een ongeval. Het staat niet vast dat de klant een polisblad is verstrekt, wat een wettelijke plicht is van de verzekeraar. Als de klant de polis had ontvangen, zou hij de dekking hebben laten corrigeren. Moet de verzekeraar hierdoor de schade vergoeden die de klant lijdt door het ontbreken van dekking tegen de gevolgen van blijvende invaliditeit? 

De klacht 

De klant heeft in december 1999 een ongevallenverzekering (hierna: ‘de verzekering’) afgesloten bij (de rechtsvoorganger van) de verzekeraar. Het verzekerd bedrag is € 45.379,- (voorheen NLG 100.000,-). De klant stelt dat ten tijde van de aanvraag ook dekking voor blijvende invaliditeit is overeengekomen. 

Op het polisblad staat alleen dekking bij overlijden. De klant geeft aan dat het polisblad nooit door de verzekeraar is toegestuurd of overhandigd. Dat gebeurde pas in 2020 op verzoek van de klant zelf. Toen bleek ook dat op het polisblad een onjuiste geboortedatum stond vermeld. Het is daarom niet uit te sluiten dat de verzekeraar ten tijde van de aanvraag ook een fout heeft gemaakt met het doorvoeren van de juiste dekking op de verzekering. 

De klant is in maart 2019 van de trap gevallen en is daarbij op zijn linker- en rechterschouder gevallen. In mei 2020 heeft de klant hiervan melding gemaakt bij de verzekeraar en een verzoek tot uitkering gedaan vanwege blijvende invaliditeit van beide armen. De verzekeraar heeft de claim niet in behandeling genomen, omdat er onder de verzekering alleen dekking zou zijn voor overlijden en niet voor blijvende invaliditeit. De klant kon niet eerder klagen dan nadat hij door zijn schademelding in 2020 erachter kwam dat volgens de verzekeraar blijvende invaliditeit niet onder de verzekering is gedekt. 
 
De klant vordert het gehele verzekerd bedrag van € 45.379,- onder de verzekering, een smartengeldvergoeding van € 15.000 en wettelijke rente. 

De beoordeling  

Er zijn een aantal vragen die Geschillencommissie Financiële Dienstverlening moet beantwoorden. Als eerste: zijn de klant en de verzekeraar in 1999 een ongevallenverzekering met of zonder dekking voor blijvende invaliditeit na een ongeval overeengekomen? Het is aan de klant om te bewijzen dat in 1999 een ongevallenverzekering is gesloten die (ook) dekking biedt voor blijvende invaliditeit, nu hij degene is die dit aanvoert. Volgens de Geschillencommissie is niet bewezen dat de klant in 1999 dekking voor blijvende invaliditeit na een ongeval is overeengekomen.  

De volgende vraag is: heeft de verzekeraar destijds aan de klant als verzekeringnemer een polis verstrekt, zodat de klant de inhoud van de overeengekomen verzekering kon controleren? Naar het oordeel van de commissie heeft de verzekeraar niet bewezen dat de klant in 1999 het polisblad heeft ontvangen. De verzekeraar heeft alleen aangegeven dat het de standaardpraktijk is dat na het sluiten van een verzekering een polisblad wordt verstrekt. Dat de klant het polisblad had kunnen raadplegen in de online omgeving en dat het aan de klant is om aan te tonen dat hij het polisblad niet ontvangen zou hebben.
  
De verzekeraar heeft niet toegelicht hoe de verstrekking van polisbladen in 1999 plaatsvond en waarom de conclusie moet luiden dat het polisblad door de klant is ontvangen, want in 1999 bestond de online omgeving nog niet. Daarnaast heeft de klant aangegeven daar geen gebruik van te maken. Dit is ook niet verplicht. 

In artikel 7:932 lid 1 BW staat onder meer het volgende: “De verzekeraar geeft zo spoedig mogelijk een akte, polis genaamd, af, waarin de overeenkomst is vastgelegd.” Daarbij komt dat uit de wetsgeschiedenis van artikel 7:932 BW volgt dat het plaatsen van een polisblad in een persoonlijke internetpagina of online omgeving, geen geoorloofde methode is voor het afgeven van een polisblad. Hieruit volgt dat ervan uitgegaan moet worden dat de verzekeraar zich in 1999 niet heeft gehouden aan artikel 7:932 lid 1BW. 
 
Tijdens de zitting heeft de klant verklaard dat als hij wel een polisblad ontvangen zou hebben, hij zou hebben opgemerkt dat er geen dekking voor blijvende invaliditeit op stond vermeld. De klant zou dit vervolgens meteen hebben gemeld bij de verzekeraar en alsnog dekking hebben afgesloten voor blijvende invaliditeit onder de verzekering tegen een hogere premie. Alleen een dekking voor blijvende invaliditeit ten gevolge van een ongeval was voor de klant interessant, omdat hij voor het risico van overlijden al een andere verzekering had afgesloten. 

Heeft de klant schade geleden? Volgens de verzekeraar is nog niet duidelijk of sprake is van letsel als uitsluitend en rechtstreeks gevolg van een ongeval. Wel heeft de verzekeraar ter zitting toegezegd dat, als de uitspraak van de commissie daartoe aanleiding geeft, de klant het traject zal ingaan waarin beoordeeld zal worden of er, uitgaande van dekking voor blijvende invaliditeit, op medische gronden recht op uitkering bestaat.  

Als de uitkomst is dat de klant recht heeft op uitkering(en), mag de verzekeraar 50% van die uitkering(en) inhouden. De klant had immers zelf kunnen en moeten aankaarten bij de verzekeraar dat hij na het afsluiten van de verzekering geen polisblad had ontvangen. Als hij dit had gedaan, had hij alsnog een polisblad ontvangen waaruit hij vervolgens kon opmaken dat er geen dekking was opgenomen voor blijvende invaliditeit. Dit kan hem naar het oordeel van de commissie worden aangerekend. De schade die de klant heeft geleden komt dus voor 50% voor rekening van de verzekeraar. De klant zal de resterende schade zelf moeten dragen. 

Heeft de klant recht op smartengeld? Nee, de klant heeft geen recht op smartengeld. Er bestaat onder de verzekering zelf geen dekking voor een smartengeldvergoeding. 

Wat kunt u doen? 

Een verzekeraar is verplicht om na het afsluiten van een verzekering een polisblad aan de verzekeringnemer te sturen. Dat mag op papier, maar ook digitaal. Dit moet dan wel vooraf met de klant zijn afgesproken. De klant moet de polis en de bijbehorende voorwaarden wel op kunnen slaan. Als u heeft bemiddeld bij een verzekering, ontvangt u deze polis en is het uw taak om door te sturen naar de klant. Controleer dan eerst of de gegevens op de polis juist zijn en vraag ook de klant om de polis te controleren. 

Wat kan SVC voor u doen? 

Heeft u behoefte aan ondersteuning met betrekking tot uw zorgplicht? Wij kunnen u hierin voorzien door middel van een Keurmerk Certificeringsaudit, dossiercontrole, een workshop en voorbeelden in ons Kennisportal.  Neem contact met ons op en wij informeren u over de mogelijkheden.




Proud member of
Logo PIAGROUP
Volg ons op LinkedIn
Op de hoogte blijven het laatste nieuws?
Meld u dan aan voor onze nieuwsbrief!